Een overtuigende triomf voor Robert Tump, de 1e kampioen van de BVC.
Op 1 oktober 2023 werd een gedenkwaardig hoofdstuk toegevoegd aan de annalen van de geschiedenis. Op diezelfde dag werd Mahatma Gandhi geboren, werd in 1949 de volksrepubliek China opgericht, en verraste Muhammad Ali de wereld door George Foreman te verslaan in de 'Rumble in the Jungle'. Maar op zondag 1 oktober 2023 vond er een nieuwe historische gebeurtenis plaats: de strijd om het allereerste clubkampioenschap van de Biljartvereniging Castricum (BVC).
De spelers die zich vanuit verschillende dagdelen hadden gekwalificeerd voor de finale, verzamelden zich om 10.00 uur vol enthousiasme. Er werd gespeeld in twee poules van 5 spelers, waardoor elke deelnemer minimaal vier partijen voor de boeg had. De nummers 1 en 2 van elke poule plaatsten zich voor de finales, waarbij de nummer 1 streed om de titel en de nummer 2 om de plaatsen 3 en 4. De wedstrijden werden gespeeld volgens het 'uit is uit'-principe met een maximum van 25 beurten. De strijd om de titel werd gespeeld op de nieuwe biljarttafels, die onlangs in de biljartzaal zijn geplaatst. Deze tafels leken het hoge niveau van het spel te bevorderen. Slechts vier van de 22 gespeelde wedstrijden vergden het maximale aantal beurten. Rien Emmerik was bij 50 % van deze partijen betrokken. Na een zware avond paste hij de tactiek van de verschroeide aarde toe, waardoor er wel zeer uitdagende spelsituaties ontstonden.
In poule één streden Jeffrey Lenaers, Rene Hoogenboom, Ton Res, Gebrand van Twaalfhoven en Edwin Hermans. In deze poule bleef het tot de laatste wedstrijd spannend wie zich zou plaatsen voor de finales. Jeffrey Lenaers, die kader 38/2 speelde, Rene Hoogenboom en Ton Res waren de kanshebbers.
De eerste wedstrijd van de poule was tussen Jeffrey en Rene. Beide spelers vonden in het begin hun ritme niet. In de 9e beurt maakte Rene 18 caramboles en leek hij te gaan winnen. Echter, Jeffrey sloeg terug met een indrukwekkende serie van 108 caramboles, waardoor hij de partij een andere wending gaf. Rene kreeg nog twee kansen om de partij in zijn voordeel te beslissen, maar zijn hebzucht speelde hem parten. De eerder geleerde les vergat hij in het heetst van de strijd: soms is het beter om voor de carambole te gaan dan te spelen op overhouden. Met een serie van 27 maakte Jeffrey een einde aan de partij en kwam Rene slechts twee schamele caramboles tekort. In zijn tweede partij tegen Edwin Hermans gaf Jeffrey een ware demonstratie van hoe kader 38/2 moet worden gespeeld. In slechts 3 beurten behaalde hij de 190 (moyenne 63,33) caramboles met een hoogste serie van 107. Edwin kon alleen maar bewonderend toekijken, maar ook hij speelde boven zijn gemiddelde in deze partij. Jeffrey kreeg een welverdiend applaus van de overige deelnemers en het aanwezige publiek. In zijn laatste twee partijen was duidelijk dat zijn eerdere wedstrijden veel van zijn energie en concentratie hadden gevergd. Hij moest de winst laten aan Ton Res en Gerbrand Twaalfhoven.
In zijn partij tegen Rene Hoogenboom trok Ton aan het kortste eind. Rene maakte zijn 50 caramboles met regelmatige scores. Ton vond zijn vorm weer terug in de partij tegen Gerbrand Twaalhoven en maakte deze in 22 beurten uit. Rene zegevierde vervolgens ook tegen Gerbrand door de partij in 19 beurten naar zich toe te trekken. Echter, in de partij tegen Edwin Hermans had Rene een duidelijke inzinking. Hij speelde te geforceerd, waardoor de caramboles niet kwamen en hij door Edwin werd verslagen. Hierdoor was de laatste partij tussen Edwin en Ton allesbeslissend. Bij winst of een gelijkspel zou Ton zich sowieso plaatsen voor de finale. Bij verlies moest hij wel 23 of meer caramboles maken. Ton had in deze partij duidelijk last van wedstrijdspanning en Edwin won de partij ruimschoots. Ton stond voor de nabeurt op 21 caramboles, dus in deze beurt diende hij minimaal twee caramboles te maken. Hij kweet zich voorbeeldig van deze lastige taak door 3 caramboles bijeen te spelen. Hiermee stelde hij zijn finaleplaats veilig. Rene moest met hetzelfde aantal wedstrijdpunten toch genoegen nemen met plek twee.
Poule twee bestond uit: Robert Tump, Joop Tuijnman, Cor Hoebe, Jos Verkley en Rien Emmerik. In deze poule stak Robert er al snel bovenuit, hij was vastbesloten om de titel te veroveren.
In zijn eerste partij tegen Joop Tuijnman maakte hij zijn 90 caramboles in slechts 14 beurten. Ondanks de inspanningen van Joop kon hij dit geweld van Robert niet bijbenen. Rien Emmerik paste in de partij tegen Robert de eerdergenoemde tactiek toe, waardoor Robert zijn 90 caramboles niet kon behalen. Desondanks won hij ook deze partij, want Rien slaagde er evenmin in zijn caramboles te maken. Tegen Jos Verkleij herwon Robert zijn momentum en won de partij in 12 beurten, met een hoogste serie van 32 caramboles. In zijn laatste poulewedstrijd nam Cor Hoebe het tegen hem op. Cor begon sterk, maar Robert herstelde zich uitstekend met twee series van 21, waarna hij in de 22e beurt zijn 90 caramboles voltooide. In de nabeurt maakte Cor Hoebe de nog benodigde 4 caramboles, waardoor de partij in een gelijkspel eindigde. Na het verlies tegen Robert liet Joop Tuijnman zien dat hij over de juiste wedstrijdmentaliteit beschikt. Hij won zijn overige drie partijen overtuigend ruim binnen de 25 beurten, met regelmatige series van 10 tot 13 caramboles. Zo plaatsten Joop en Robert zich overtuigend voor de finales.
De finale ging dus tussen Ton Res en Robert Tump, terwijl de kleine finale tussen Rene Hoogenboom en Joop Tuijnman plaatsvond. Joop had al laten zien dat naarmate de dag vorderde, hij steeds beter ging spelen. In de kleine finale gaf hij Rene geen schijn van kans. Na slechts 11 beurten had zijn 51 caramboles (moyenne 4,63), met drie series van 10 en slechts 1 poedel, bijeen.
Ton Res begon de finale in de 1e beurt met twee punten, Robert Tump antwoordde met 14 caramboles. In het begin van de partij kon Ton Robert nog aardig volgen, maar vanaf de 5e beurt gaf de heer Tump duidelijk gas met series van 18 en 16, waarmee hij in 13 beurten de titel naar zich toe trok. Ton kon deze versnelling logischerwijs niet volgen en bleef steken op 15 caramboles.
Over de gehele dag gezien was Robert Tump de meer dan terechte winnaar. Geen partij verloren, vier keer gewonnen en een keer gelijkgespeeld. Op één partij na werden alle partijen door hem ruim binnen de 25 beurten uitgemaakt met mooi seriewerk. Robert heeft in het snookerspel zijn sporen al verdiend, en deze eerste titel in het carambolebiljarten zal zeker niet zijn laatste zijn. In het carambolebiljarten heeft hij zich zeer snel ontwikkeld en aan deze ontwikkeling lijkt nog geen einde te zitten. Ook Ton verdient een pluim, want hij laat zien dat je op een rijke leeftijd nog heel vitaal kunt zijn en het spelletje met veel overgave kunt spelen. Chapeau!
Tijdens de prijsuitreiking stond Alex Völker stil bij het historische moment dat Robert Tump de eerste clubkampioen is van de BVC. Fijntjes liet hij doorschemeren dat:
- Robert zijn voorspelde winnaar was.
- hij veel waardering heeft voor de voorzitter van de BVC, Rolf Gresshof, die als barman een ieder voorzag van een hapje en een drankje gedurende de dag.
- er gelukkig toch nog een paar leden waren, die gehoor gaven aan de oproep om als schrijver of arbiter te assisteren. Zij laten zien wat het betekent om lid te zijn van een vereniging.
- het clubkampioenschap zeker een vervolg zal krijgen maar dat deze dag door Rene en hem zal worden geëvalueerd want er zijn zeker punten voor verbetering.
- de geringe publieke belangstelling hem teleurstelde. Alle lof voor de mensen die wel hun gezicht hebben laten zien.
Vervolgens dankte Alex alle deelnemers voor hun inzet en sportiviteit. Hij had genoten van het spel, want een ieder heeft op zijn eigen niveau het beste van zichzelf laten zien. Het feit dat de meeste partijen binnen 25 beurten uit waren, getuigt daarvan. De nummers 1 tot en met 4 kregen daarna met passende woorden de prijzen uitgereikt.
Einduitslag:
1e plaats: Robert Tump
2e plaats: Ton Res
3e plaats: Joop Tuijnman
4e plaats: Rene Hoogenboom
In een eerder verslag zijn de statistische gegevens bij biljarten geïntroduceerd. Voor dit toernooi zijn de opmerkelijke feiten:
- Deelnemers: 10
- Toernooileiding: 2 personen (Alex Völker en Rene Hoogenboom)
- Biljarttafels: 4
- Aantal gespeelde wedstrijden hele toernooi: 22
- Hoogste serie: 107 caramboles
- Kortste partij: 3 beurten